Korfbal is een dynamische en veelzijdige teamsport die zowel door jong en oud beoefend kan worden, zowel indoor als outdoor. Het unieke aan korfbal is dat het een gemengde sport is, waarbij mannen en vrouwen in hetzelfde team spelen. Om succesvol te zijn in korfbal, is het belangrijk om zowel aanvallende als verdedigende vaardigheden te beheersen. Dit artikel gaat dieper in op de rebound positie, een essentiële rol in het korfbalspel, en biedt uitleg, strategieën en oefeningen om deze positie te verbeteren.
Wat is Korfbal? Een Overzicht
Korfbal is een all-round teamsport waarbij twee teams proberen de bal zo vaak mogelijk door de korf van de tegenstander te werpen. De sport is in 1902 ontstaan, geïnspireerd door het Zweedse spel ringboll. Korfbal wordt gespeeld op een terrein van 20 bij 40 meter, verdeeld in twee vakken, met de korven centraal in elk vak. Elk team bestaat uit 4 vrouwelijke en 4 mannelijke spelers. Om de twee doelpunten wordt van vak gewisseld, wat betekent dat spelers zowel moeten kunnen aanvallen als verdedigen.
De spelregels van korfbal zijn als volgt:
- Lopen met de bal is niet toegestaan.
- Schieten mag niet als je wordt verdedigd.
- Meisjes spelen tegen meisjes en jongens tegen jongens.
- Om de twee doelpunten wordt van vak gewisseld.
- De bal mag niet uit de handen getikt of getrokken worden.
- Je mag elkaar niet aanraken; korfbal is geen contactsport.
- Buiten de lijnen is de bal uit.
- De bal mag niet overgedragen worden; deze moet altijd door de lucht vliegen.
- De bal mag alleen met de vlakke hand gespeeld worden.
De Korfbalposities in Detail
In korfbal zijn er verschillende posities, elk met hun eigen verantwoordelijkheden. Door de regelmatige vakwissels moeten spelers zowel kunnen aanvallen als verdedigen. Hieronder een overzicht van de belangrijkste posities:
- Rebound: Deze positie is van essentieel belang, omdat het aanvallende team wil dat er iemand bij de paal staat om de bal op te vangen als deze niet direct in de korf gaat.
- Steun (Aangeef): De positie voor de korf, waar de aanvaller met de rug naar de paal staat en fungeert als aanspeelpunt voor de andere spelers.
- Doorloopbal: Een snelle aanval waarbij een speler de verdediger afschudt en probeert met een onderhands schot te scoren.
Er zijn twee soorten verdedigen:
Lees ook: Korfbalstatistieken: Ruben Zwaan
- Achter verdedigen: Voorkomen dat de tegenstander bij de paal komt en kan scoren.
- Voor verdedigen: Dicht bij de aanvallende partij staan om schoten te voorkomen.
De Rebound Positie: Essentieel voor Succes
De rebound positie is cruciaal in korfbal. De speler die de reboundpositie inneemt, staat direct onder de korfbalpaal. Het doel van deze speler is om de bal te bemachtigen wanneer een schot niet direct in de korf valt. Een goede rebound kan een aanvalsgolf van de tegenstander doorbreken en de basis leggen voor een eigen aanval.
Het Belang van de Rebound
Een sterke rebound is essentieel voor zowel de verdediging als de aanval. In de verdediging zorgt een goede rebound ervoor dat de tegenstander geen tweede kans krijgt om te scoren. In de aanval geeft het team de mogelijkheid om de bal opnieuw in bezit te krijgen en een nieuwe aanval op te zetten.
Rebound Positie: Neerzetten en Behoud
Het neerzetten en behouden van een goede rebound is cruciaal om lange aanvallen te kunnen doen of een aanvalsgolf van de tegenstander te doorbreken. Olav van Wijngaarde (PKC) staat bekend als een meester in de rebound.
Oefeningen voor de Rebound Positie
Om de rebound positie te verbeteren, zijn er specifieke oefeningen die spelers kunnen doen tijdens de training. Deze oefeningen helpen bij het ontwikkelen van de juiste techniek, positionering en reactiesnelheid.
Algemene Schotoefeningen
Deze categorie bevat schotoefeningen met 2 spelers per paal (en soms 3). Deze oefeningen zijn geschikt voor alle spelers die van minstens 3 meter goed kunnen schieten.
Lees ook: Homoseksualiteit en korfbal
- Actieve Schotoefening: Spelers worden aangespoord om zo snel mogelijk een doelpunt te maken. De schutter begint aan de zijkant van de korf en blijft daar schieten tot een doelpunt. De spelers krijgen een korte opdracht, zoals het scoren van 1 of 2 doelpunten.
- Dopjes Verzamelen: Twee tweetallen strijden tegen elkaar om zo veel mogelijk dopjes te verzamelen. De schutter schiet om beurten van de twee dopjes bij de korf. Wissel om de vier schoten van functie. Als beide hoepels leeg zijn wordt er een dopje van de stapel gepakt.
- Schutter en Rebounder: Twee tweetallen staan bij een paal, met 1 schutter en 1 rebounder per tweetal. De schutter schiet van buiten de cirkel, waarna de rebounder de bal pakt en terugspeelt.
Variaties en Uitbreidingen
- Beweging Toevoegen: Voeg een extra element toe door spelers na ieder schot te laten bewegen. De rode speler schiet en de blauwe speler vangt af. De bal wordt daarna uitgespeeld naar de witte speler, deze schiet. Het schot wordt nu door de rode speler afgevangen, die de bal naar de blauwe speler gooit waarna de witte en rode speler van plek ruilen.
- Pionnenroof: De oefening begint met standaard pionnenroof. Spelers schieten bijvoorbeeld 3x, wisselen dan om en wordt er gescoord dan mag er een dopje gepakt worden. Als alle dopjes op zijn, begint fase twee. Een dopje vanuit de eigen hoepel voor de korf in de hoepel achter de korf leggen. Een dopje bij een andere paal wegpakken, enkel uit de hoepel voor de korf, en deze in de hoepel voor de eigen korf neerleggen.
- Getal Raden: Een gezamenlijke oefening met vaste tweetallen bij een paal, waarbij de trainer een getal in gedachte neemt tussen de 0 en 25. Iedere keer dat een tweetal de opdracht gedaan heeft mogen zij 1 keer raden welk getal het is.
Oefeningen Onder Druk
- Steen, Papier, Schaar: De spelers spelen steen, papier, schaar tegen elkaar. Daarna rennen beide spelers naar het blauwe dopje dat achter hen ligt. De winnaar rent daarna naar een hoepel, krijgt de bal en schiet.
- Dobbelsteen: In plaats van steen, papier, schaar kan er ook met een dobbelsteen gegooid worden. Zet in plaats van cijfers simpele rekensommen op de dobbelsteen, welke allemaal als uitkomst 1, 2 of 3 hebben.
Snelheid en Reactie Oefeningen
- Drietallen: Drietal bij een paal, met 1 speler onder de korf met bal. De bal wordt naar voren gegooid, waarna de gooier richting de paal beweegt en er weer vanaf. Nu de bal krijgen en schieten.
- Kleur Opdracht: De speler onder de paal geeft de speler in het vierkant een opdracht. Bijvoorbeeld: "Rood, geel, blauw". De speler moet in deze volgorde naar de dopjes toe bewegen.
Verdediging: De Basisprincipes
Naast de aanvallende aspecten van de rebound positie, is het ook belangrijk om de verdedigende principes te begrijpen. Een goede verdediging begint met de juiste houding en positionering.
Essentiële Verdediging Principes
- Verdedigende Houding: Het aannemen van een correcte houding is de eerste stap naar effectieve verdediging.
- Positie: De juiste positie van de verdediging ten opzichte van de tegenstander en de korf is cruciaal om de aanval te ontmoedigen en kansen te minimaliseren.
- Schot Verdedigen: Weten wanneer een schot effectief verdedigd is.
Praktische Oefeningen voor Verdediging
- 3 tegen 3 met een vrije assist-speler: Deze oefening, uitgevoerd in de korfzone met een altijd vrije assist-speler, focust op het voorkomen van schoten.
- Aanleren van de Juiste Verdedigende Houding: Het aanleren van de juiste verdedigende houding is essentieel.
Dynamisch Aanvalsspel en Verdediging
Om tot een dynamisch aanvalsspel te komen, is het belangrijk om te kijken naar de opbouw van 4-0, continue beweging, diagonalen lopen, naar 4-1, 4-2, 4-3 en 4-4 met diagonale passes, over de rug wegtrekken, lopende rebounds en het benutten van de tweede kans. Corrigeer op positie, richting, snelheid en timing.
Communicatie en Teamwerk
Korfbal legt de nadruk op samenwerking, teamwork en sportiviteit. Tijdens het spel moet goed samengespeeld worden en is wederzijds respect essentieel. Communicatie is cruciaal, vooral in de verdediging. Spelers en coaches proberen hiermee te informeren wat er op dat moment in het veld gebeurt. Dit wordt vooral door de verdedigende partij gedaan.
Basis Begrippen
- Rebound: De positie onder de paal. Als de aanvallende partij de rebound heeft wordt dit geroepen door degene die de rebounder verdedigt.
- Steun (Aangeef): De positie voor de korf, waar de aanvaller met de rug naar de paal staat en fungeert als aanspeelpunt voor de andere spelers.
- Doorloopbal: Een snelle aanval waarbij een speler de verdediger afschudt en probeert met een onderhands schot te scoren.
- Achter Verdedigen: Voorkomen dat de tegenstander bij de paal komt.
- Voor Verdedigen: Dicht bij de aanvallende partij staan om schoten te voorkomen.
De Doorloopbal Verdedigen
De doorloopbal is een bekende manier om te scoren bij korfbal. Hierbij loopt de speler zijn/haar directe verdediger voorbij en krijgt de bal aangespeeld van een medespeler. Er zijn verschillende oefeningen om de doorloopbal te trainen en te verdedigen.
Methodische Opbouw van de Doorloopbal
- Fase 1: Elke speler heeft een eigen bal en staat achter elkaar ongeveer zes meter voor de korf. De eerst volgende in de rij mag aankomen lopen en een strafworp nemen.
- Fase 2: Zelfde opstelling als bij fase 1 alleen hierbij heeft de aangever de bal op een hand liggen.
- Fase 3: Zelfde opstelling als bij stap 1, maar dan gooit de aangever de bal een beetje omhoog.
Doorloopbal met Weerstand
Een aangever staat bij de korf. Op 6 meter afstand staan twee spelers naast elkaar. De één is aanvaller, de ander is verdediger. De aanvaller start voor de doorloopbal, maar ondertussen probeert de verdediger te verdedigen. De aanvaller moet proberen om gelijk na de start de looplijn van de verdediger af te snijden.
Lees ook: Hoeveel calorieën verbrand je met korfbal?
Beweging en Vrijspelen
Beweging en vrijspelen zijn essentieel om de bal te kunnen ontvangen en te kunnen schieten. Spelers moeten de basis onder de knie hebben voor het zinvol is om dit gericht te oefenen.
Oefeningen voor Beweging en Vrijspelen
- Aanvaller en Verdediger: Een aanvaller en een verdediger bij een paal. Coach spelers op snelheidswisselingen en het wisselen van richting.
- Drie Palen: Er staan 3 palen in een driehoek met onder iedere paal een aangever met bal. De aanvaller krijgt 30 seconden om zoveel mogelijk doelpunten te scoren.
Het Belang van het Afstandsschot
Spelers die geen afstandsschot kunnen scoren, komen niet mee in de top van het korfbal. Hoe beter de aanvaller van grote afstand kan scoren, hoe meer dit de verdediger dwingt strikt 1-op-1 te verdedigen.
De Handelingstheorie
- Waarnemen: De speler leest de tegenstander, de ruimte en de tijd om te schieten.
- Communiceren: De schutter wisselt (on)bewust informatie uit met zijn omgeving.
- Beslissen: De speler beslist eerst wat hij gaat doen en vervolgens hoe hij het gaat doen.
- Uitvoeren van de beslissing: Het meest zichtbare deel van de schotactie.
Statistiek in Korfbal
Statistiek zorgt voor objectieve data, die vaak gelijk rijp is voor evaluatie. Het helpt op verschillende manieren om spelers te informeren en standpunten te onderbouwen.