IJshockey is een dynamische sport die op ijs wordt gespeeld met een stick en een puck. Het doel is om de puck in het doel van de tegenstander te schieten. Hoewel er meer contact is toegestaan dan bij veel andere sporten, zijn er regels om het spel in goede banen te leiden. Een straf bij ijshockey heet een 'penalty', uitgedrukt in strafminuten.
De geschiedenis van het Nederlandse ijshockey is rijk en divers, met verschillende clubs die door de jaren heen een belangrijke rol hebben gespeeld. Een van die clubs is IJshockeyclub Thialf Flyers, gevestigd in Heerenveen. Dit artikel duikt in de geschiedenis van deze club, van de oprichting tot de successen en de impact op het Nederlandse ijshockey.
De Vroege Jaren: Van Droom tot Realiteit (1934-1947)
In de jaren voor de Tweede Wereldoorlog begon de ijshockeysport in Nederland vorm te krijgen. Amsterdam beschikte al sinds 1934 over een openlucht kunstijsbaan. In 1937 had Den Haag de primeur met de Haagse overdekte kunstijsbaan (Hokij), en in 1940 volgde Amsterdam met een ijsvloer in de Apollohal. Tilburg kreeg in 1938 zijn eerste openlucht ijsbaan. Clubs speelden tegen elkaar en tegen buitenlandse teams, waarbij A.IJ.H.C., H.H.IJ.C. en T.IJ.S.C. streden om de Nestor Cup. Internationaal speelden A.IJ.H.C. en H.H.IJ.C. om de Lippens Cup, een voorloper van de West-Europacup.
Na de oorlog, in het seizoen 1945-1946, werd H.H.IJ.C. door de NIJB vermeld als de eerste kampioen van Nederland, hoewel dit kampioenschap door sommigen als officieus werd beschouwd. De Canadese bevrijders zorgden ervoor dat de ijsmachines weer op volle toeren draaiden, en er werden wedstrijden gespeeld tussen Canadese eenheden en Nederlandse teams. In het seizoen 1946-1947 speelden H.H.IJ.C., T.IJ.S.C. en het Amsterdamse IJsvogels een competitie, waarbij T.IJ.S.C. uiteindelijk tot kampioen werd uitgeroepen.
Haagse Hegemonie en de Opkomst van Brabant (1951-1976)
De periode van 1951 tot 1964 kende geen officiële kampioenschappen. In Den Haag beleefde de ijshockeysport echter een bloeiperiode, met wedstrijden om de West-Europacup die veel publiek trokken. HIJS Hokij domineerde, met sterke 'imports' zoals Pat Adair, Carl Foster en Ron Naud. Begin jaren '60 kregen Amsterdam, Deventer en Tilburg nieuwe openlucht ijsbanen, waardoor er in het seizoen 1964-1965 weer een Nederlandse competitie van start kon gaan met vijf clubs. HIJS Hokij bleef oppermachtig en won alle wedstrijden.
Lees ook: Bekerfinale Den Haag - Heerenveen
In de loop van de jaren '60 groeide het aantal ijsbanen in Nederland gestaag, met overdekte ijsbanen in onder andere Den Bosch, Heerenveen, Geleen, Nijmegen, Groningen, Eindhoven en Utrecht. SIJ Den Bosch doorbrak in het seizoen 1969-1970 de Haagse ban en werd kampioen met een team bestaande uit acht Canadezen. De Brabantse derby's tussen Den Bosch en Tilburg waren in die jaren zeer populair, en er werd zelfs om een Coupe Brabant gespeeld.
De Gebroeders Bijlsma en de Oprichting van IJshockeyclub Thialf (1967)
Een cruciaal moment in de Friese ijshockeygeschiedenis was de oprichting van IJshockeyclub Thialf in 1967. De gebroeders Frans en Freek Bijlsma, beiden afkomstig uit Den Haag, verhuisden naar Friesland met een droom: de Friese jeugd kennis laten maken met ijshockey. Op 4 november 1967 speelde IJshockeyclub Thialf zijn eerste wedstrijd tegen Amsterdam. Ondanks de nederlaag voelde het als een overwinning, het was het begin van een lange reis.
Frans en Freek Bijlsma waren niet alleen de grondleggers, maar ook actieve spelers in het team. Hun toewijding en passie voor de sport legden de basis voor de latere successen van de club. 50 jaar later keerden beide broers terug op het ijs van Thialf. Tijdens de jubileumwedstrijd in Thialf, wederom tegen Amsterdam, werden beide benoemd tot ereleden van de club.
Het Tijdperk Feenstra Flyers (1977-1984)
Na zes seizoenen Tilburg Trappers dat de klok sloeg, vindt in het seizoen 1976-1977 een wisseling van de wacht plaats. Feenstra Verwarming Heerenveen heet zowel de nieuwe bekerwinnaar als de nieuwe landskampioen. Dat laatste bevalt de Friezen zo goed dat ze besluiten die titel ook maar meteen zes keer te prolongeren. Met zeven kampioenstitels op rij stichten de Feenstra Flyers - zoals ze vanaf 1978 gaan heten - de tot nu toe langst durende dynastie in de Nederlandse ijshockeygeschiedenis. Gedurende de zeven kampioensjaren dulden de Flyers slechts één keer een andere bekerwinnaar. De Bisschop Amsterdam wint in het seizoen 1979-1980 de Coupe Nationale Nederlanden.
Net als Raak een aantal jaren daarvoor, bestond het Friese team uit een groot aantal Nederlandse Canadezen: Brian de Bruyn, Frank van Soldt, Jack de Heer, Leo Koopmans, Mike Kouwenhoven, Ted Lenssen, speler/coach Larry van Wieren en anderen, en één Nederlands Amerikaan: Jan Janssen. Samen met uitstekende 'imports' zoals de verdedigers Gordon MacDonald, Mike Powers en Robin Sadler, vormden zij de basis van een team dat, met name wanneer het erop aan kwam, jarenlang schier onoverwinnelijk was.
Lees ook: Alles over ijshockeyschaatsen maat 39 voor dames
Seizoen 1976-1977 is het nog zo dat het team dat aan het einde van de competitie bovenaan staat, kampioen van Nederland is. De bekercompetitie kent een zelfde opzet. Tilburg is regerend kampioen en was met name de twee voorafgaande jaren ongenaakbaar. Zowel de beker als het kampioenschap is dan ook vooral een strijd tussen Tilburg en Heerenveen. In de onderlinge bekerduels winnen de Friezen thuis met 6-4, uit in Tilburg wordt het 5-5. Het enige andere punt dat ze laten liggen, is tegen Amsterdam (5-5). Tilburg levert zowel bij Nijmegen (3-3) als Den Haag (5-5) een punt in. Het gevolg is dat Feenstra Verwarming Heerenveen met een voorsprong van drie punten de beker wint. In de onderlinge duels voor het kampioenschap houden de beide rivalen elkaar in evenwicht. In alle vier de wedstrijden van de (dubbele) competitie wint de thuisclub. De uitslagen, 10-0 en 7-1 in Tilburg en 6-4 en 7-3 in Heerenveen, geven aan dat de Trappers zeker niet van plan zijn zich zonder slag of stoot te laten onttronen. Feenstra lijdt verder alleen verliezen tegen Den Haag en Groningen en komt in 24 wedstrijden tot 38 punten (19 wedstrijden gewonnen en vijf verloren). Omdat Tilburg het tegen de anderen minder goed doet en op 34 punten blijft steken, gaat de kampioenstitel voor de eerste keer naar Friesland.
Jack de Heer, dat seizoen van Tilburg naar Heerenveen gekomen, eindigt met 56 doelpunten en 76 assists in 38 wedstrijden, bovenaan op de topscorerslijst. Bij het behalen van de tweede en derde landstitel is GIJS Groningen de grootse concurrent. Vooral seizoen 1977-1978 kent een buitengemeen spannende finale. Met één punt voorsprong op nummer twee Tilburg en drie punten op Heerenveen, zijn de Groningers eerste in de reguliere competitie. Uiteindelijk is in de eindronde - een minicompetitie tussen de bovenste vier teams - de wedstrijd Groningen tegen Heerenveen beslissend. De Friezen winnen met 1-2 en de twee teams eindigen met een gelijk aantal punten. Het betere onderlinge resultaat bezorgt Heerenveen de tweede titel op rij. De eindronde van 1978-1979 eindigt met een verschil van twee punten tussen de beide Noordelijke clubs.
De volgende seizoenen staan in het teken van de tweekamp tussen Feenstra Flyers Heerenveen en De Bisschop Amsterdam. Seizoen 1979-1980 winnen de Flyers de beker met een solide reeks. In de reguliere competitie eindigen de Amsterdammers op de eerste plaats. In de eindronde zetten de mannen van Van Wieren de zaken echter snel weer recht. Alleen in de uitwedstrijd in Amsterdam laten ze een punt liggen (4-4). In Heerenveen eindigt het onderlinge duel in een overtuigende 8-4 overwinning voor de thuisploeg. De hoofdstedelingen laten ook punten liggen in Groningen en Nijmegen, maar eindigen nog wel op de tweede plaats.
Voor De Bisschop had 1980-1981 het seizoen moeten zijn. De Amsterdammers winnen de beker met drie punten voorsprong op Heerenveen. Ook in de reguliere competitie gaat het ze voor de wind. Amsterdam wordt eerste, met zes punten voorsprong op nummer twee Nijmegen, acht op nummer drie Tilburg en negen op nummer vier Heerenveen. In de play-offs - voor de eerste keer met series volgens het principe van de meest gewonnen wedstrijden - zijn de vier halve finale-wedstrijden tussen Amsterdam en Heerenveen weliswaar close, maar gaan toch gewoon de Friezen naar de finale. Daar zijn drie wedstrijden tegen Tilburg voldoende om voor de vijfde keer het kampioenschap binnen te halen. Het seizoen daarop kan Amsterdam voor de beker nog wel meekomen, maar zijn de Flyers superieur in zowel de reguliere competitie als de einderonde (die in ere is hersteld). In de eindronde - nu een dubbele competitie met vier teams - is het gat met nummer twee Nijmegen 11 punten en dat met nummer drie Amsterdam 12. In Nijmegen werkt de tweede plek inspirerend. Seizoen 1982-1983 kloppen de jonge Gelderlanders met nog meer nadruk aan de poort.
Successen en Hoogtepunten
IJshockeyclub Thialf Flyers heeft door de jaren heen vele successen behaald:
Lees ook: Informatie over de Antwerpse IJshockey Clinic
- Negen landskampioenschappen: De club heeft in totaal negen keer de Nederlandse landstitel veroverd.
- Twaalf keer bekerwinst: Naast de landstitels heeft de club ook twaalf keer de Nederlandse beker gewonnen.
Deze successen hebben bijgedragen aan de populariteit van ijshockey in Friesland en Nederland. De club heeft een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van de sport en heeft vele talentvolle spelers voortgebracht.
Na Feenstra: Een Nieuwe Weg (1984-heden)
Na het succesvolle tijdperk van Feenstra Flyers kende de club verschillende periodes van ups en downs. De club bleef echter een belangrijke rol spelen in de Nederlandse ijshockeycompetitie en wist af en toe nog successen te behalen.
In de 21e eeuw wist de club nog een aantal keer de beker te winnen, en in 2017 en 2018 werd de club weer landskampioen.
De Impact van "Imports" en Nederlandse Canadezen
De rol van "imports" (buitenlandse spelers) en Nederlandse Canadezen is een belangrijk aspect van de geschiedenis van het Nederlandse ijshockey. Al vroeg in de geschiedenis van de sport waren er buitenlandse spelers actief in Nederland. Voor de Tweede Wereldoorlog maakten Canadezen als Pete Griffin, Jack May en Paddy Boyd al indruk op de Amsterdamse fans. Later was Pat Adair een publiekslieveling bij het Haagse HIJS.
Het aantrekken van "imports" was echter niet altijd onomstreden. Er was ook een tegengeluid, dat pleitte voor meer kansen voor de eigen spelers. De clubs ontdekten echter de Nederlandse Canadees. Vanaf de jaren '70 drukten deze emigrantenzonen een belangrijke stempel op het Nederlandse ijshockey. Mannen als Henk Brand, Brian de Bruyn en Jack de Heer begonnen hun Nederlandse carrière en speelden een belangrijke rol in de successen van hun teams. Het Raak-team dat in het seizoen 1973-1974 de hegemonie van Tilburg deed wankelen, beschikte over 16 spelers met een dubbel paspoort: Harry van Bilsen, Dick de Cloe, Dick Jellema en Larry van Wieren zijn zo de bekendste namen.
Invloed op het Huidige IJshockey
De Feenstra Flyers hebben niet alleen hun stempel gedrukt op het ijshockey in Friesland, maar op dat van heel Nederland. De verhalen over hun succesjaren trillen nog steeds door in het heden. De fascinatie van veel Nederlandse ijshockeybestuurders met Nederlandse Canadezen is direct te herleiden naar het tijdperk Feenstra Flyers. In 1855 werd IJsvereniging Thialf opgericht als één van de eerste ijsclubs in Nederland.
Thialf: Het Icoon
De oprichting van de inmiddels Koninklijke IJsvereniging Thialf hield zich in eerste instantie bezig met het organiseren van kortebaan wedstrijden op natuurijs. In de winter van 1890 werd de allereerste (internationale) langebaan wedstrijd, destijds bekend als 'Internationale Hardrijderijen', van Thialf georganiseerd. In de jaren zestig werd het idee voorgelegd om in Heerenveen een kunstijsbaan aan te leggen. Bij de realisatie van dit plan werd de stichting Noord Nederlandse Kunstijsbaan in het leven geroepen met als doel: de realisatie van een kunstijsbaan van 400 meter, alsmede een hal voor ijshockey en kunstrijden.
Op 14 oktober 1967 werd IJsstadion Thialf officieel geopend door Prinses Christina. Dit was tegelijkertijd het eerste jaar dat wedstrijden in Thialf op kunstijs werden verreden. In die tijd was de 400-meterbaan niet overdekt en was alleen de ijshockeyhal voorzien van een dak. Daar kwam in 1986 verandering in. De 400-meterbaan werd overdekt en hiermee werd Thialf het tweede overdekte ijsstadion ter wereld. Sindsdien mag het zich tot de absolute top van het mondiale schaatsen rekenen. De naam ‘Thialf’ heeft verschillende betekenissen zoals ‘Koning van de Winter’, ‘Noorse God’ en ‘Winterkoning’. De naam is afgeleid van Thialfi, een naam uit de mythologie, die een dienaar was van de god van de donder. Thialfi was zeer sportief, slim en een echte waaghals. Een passende naam voor een internationaal erkend centrum waar sportactiviteiten en krachtinspanningen samenkomen voor schaatsliefhebbers, recreanten en topsporters.
In de zomer van 2001 is de 400-meterbaan opnieuw aangelegd, en werd aangevuld met de extra banen op het middenterrein. Dit was vooral nodig omdat er nog steeds met het milieuonvriendelijke ammoniak werd gekoeld, maar ook omdat men over meer ijscapaciteit wilde beschikken. Met de nieuwe banen op het middenterrein, was de volgende wens van Thialf; een tunnel onder de 400-meterbaan naar het middenterrein. Ook dankzij een lift, is het middenterrein nu goed toegankelijk voor iedereen. In de zomer van 2004 heeft de ijshockeyhal van Thialf een grondige renovatie ondergaan. Zo is er destijds een nieuwe koelinstallatie en betonvloer aangelegd. Door de nieuwe koelinstallatie hoeft er nog slechts met een beperkte hoeveelheid ammoniak gewerkt te worden.
Om als duurzame topsportaccomodatie verder aan de toekomst te bouwen, werd op 19 januari 2015 het officiële startschot gegeven voor een grootschalige vernieuwbouw. De ijsvloer en het stadion met alle voorziening en faciliteiten er omheen werden aangepakt om niet alleen het beste geven, maar vooral om tot topprestaties te komen. Daarbij kreeg het nieuwe Thialf met ruim 5000 zonnepanelen het grootste zonnedak op een sportstadion in Nederland. Op 27 januari 2017 was het aan Koning Willem Alexander de eer om het nieuwe state-of-the-art complex officieel te openen. In 2019 is Thialf door de ISU aangewezen als één van de Centers of Excellences in de wereld voor de disciplines langebaan en shortrack. De kwalificatie is een bevestiging dat Thialf voldoet aan de hoge eisen van topsport. Een ISU Center of Excellence (CoE) is een hub waar coaches, officials, en talentvolle schaatsers samenkomen en fysieke trainingen, educatie, seminars en workshops plaatsvinden. Daarbij is van belang dat er toegang is tot hoog gekwalificeerde experts, trainers, services en trainingsfaciliteiten op en buiten het ijs.
Thialf is gebouwd voor de topsport met de ambitie om schaatshart van de wereld te zijn.
Larry van Wieren en de Hockey Hall of Fame
Larry van Wieren, een belangrijke figuur in de geschiedenis van het Nederlandse ijshockey, speelde in de jaren '70 voor Den Haag, Utrecht en Heerenveen. Hij werd in 2024 toegevoegd aan de Hockey Hall of Fame van IJshockey Nederland. Van Wieren speelde met het Nederlands team op de Olympische Spelen van Lake Placid in 1980.
Zaterdag speelt UNIS Flyers voor de Ron Bertelingschaal in Amsterdam. Voorafgaand aan dat duel worden een aantal mensen toegevoegd aan de Hockey Hall of Fame. De Hockey Hall of Fame is geïnitieerd door IJshockey Nederland. Daarin krijgen personen die veel voor het Nederlandse ijshockey hebben betekend een speciale plek en worden ze geëerd voor al hun inzet voor de sport in Nederland. Larry van Wieren wordt aan die mooie lijst toegevoegd.
Larry van Wieren kwam in de begin jaren 70 naar Nederland en speelde voor Den Haag, Utrecht en Heerenveen. ,,Eigenlijk kwam ik op vakantie naar Nederland om mijn grootouders te bezoeken. Daar ontmoette ik een sportjournalist die me in contact bracht met Ed Hopman in Den Haag. Via dit contact kwam ik erachter dat ik in aanmerking kwam voor een Nederlands paspoort en na een try-out kreeg ik een contract aangeboden om voor Hijs te gaan spelen,” blikt Larry terug.
Terugkijkend op die periode, ziet hij een aantal factoren die leidden tot een sterke verbetering van de kwaliteit van ijshockey op zowel nationaal als internationaal niveau. ,,Het toenemende aantal spelers met een dubbele nationaliteit (Nederlandse Canadezen). Meer sponsoring leidt tot meer kansen, zoals Feenstra Verwarming in Heerenveen en Bisschop in Amsterdam. Betere coaching en verbeterde trainingsmethoden, maar natuurlijk ook meer trainingsuren. Ook de toegenomen internationale concurrentie. Eind jaren 70 nam het Nederlands team een ijshockeyserie op tegen het Russische nationale team - destijds nummer één van de wereld. Hoewel we wedstrijden verloren, verbeterde ons spelniveau enorm,” vertelt Larry.
Want met dat Nederlandse team speelde Larry van Wieren zelfs op de Olympische Spelen van Lake Placid in 1980. ,,Voor elke atleet is de mogelijkheid om deel te nemen aan de Olympische Spelen een bijzondere gebeurtenis. Niet alleen om te weten dat we op nummer 8 van de wereld stonden, maar ook om de samenkomst van topatleten van over de hele wereld mee te maken. De openings- en sluitingsceremonie en het verblijf in het Olympisch dorp met alle andere atleten. Een andere geweldige herinnering is dat ik de historische wedstrijd Rusland - VS persoonlijk kon bijwonen en een van de grootste tegenslagen in de geschiedenis van het ijshockey kon zien,” vertelt hij.
Na zijn speler carrière ging Larry van Wieren aan de slag bij de Nederlandse IJshockeybond. ,,Na 3 jaar te hebben gewerkt voor Feenstra Heating Systems in Burlington, Vermont in de Verenigde Staten werd Sjoerd Feenstra de voorzitter van de NIJB. In 1988 vroeg hij me of ik wilde terugkeren als Technisch Directeur en bondscoach. Ons doel was om de nationale federatie te herstructureren en alle individuele ijshockeyclubs in Nederland beter te ondersteunen. Wij begrepen dat het tijdperk van de Nederlandse Canadezen ten einde liep en dat interne ontwikkeling de sleutel was tot toekomstig succes. We hebben gekeken naar het verbeteren van de coachingcertificering, de ontwikkelingsmogelijkheden van spelers en de ontwikkeling van scheidsrechters en training.”
Larry vertelt: ,,Wat het nationale team betreft, gingen we verder met een sterke groep Nederlandse spelers die zich eind jaren zeventig en tachtig hadden ontwikkeld en verbeterd. Tussen 1988 en 1994 kenden we enig succes. Een weinig bekend feit was dat we in Klagenfurt, Oostenrijk, één wedstrijd verwijderd waren van de kwalificatie voor de Olympische Spelen van 1992 in Lillehammer, Noorwegen. Dat was enorm jammer voor de spelers en mijzelf.”
Het ijshockey van nu is anders dan in de jaren ’70 en ’80. Larry vindt het lastig om die twee tijdperken te vergelijken, maar heeft wel tips. ,,Mijn focus werd mijn nieuwe onderneming en ik volg het Nederlandse ijshockey niet tot in de kleinste details. Maar financiering, de ontwikkeling van spelers vanaf jonge leeftijd en toegewijde en goed opgeleide coaching op alle niveaus zijn echter altijd de sleutels tot succes. Het is ook belangrijk ervoor te zorgen dat het spelniveau op de hoogste niveaus jonge spelers de inspiratie geeft om dit geweldige spel te willen spelen.”
Tot slot is Larry ontzettend blij dat hij wordt toegevoegd aan de Hockey Hall of Fame van IJshockey Nederland. ,,Ik ben vereerd om te worden opgenomen in de HHOF. In Nederland kreeg ik de kans om mijn ijshockeyvaardigheden te ontwikkelen als speler, als spelerscoach, als coach en in het management. Ik kreeg ook de kans om in sterke teams te spelen, te coachen en kampioenschappen te winnen. Daarnaast vind ik het een voorrecht dat ik mocht deelnemen aan de meest succesvolle periode uit de Nederlandse ijshockeygeschiedenis. Dit vormde een groot deel van mijn leven en ik heb er veel goede herinneringen aan,” besluit Larry.
Samenvatting van de Belangrijkste Prestaties
Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste prestaties van IJshockeyclub Thialf Flyers door de jaren heen:
- 1967: Gebroeders Bijlsma starten de ijshockeyclub Flyers. Het eerste officiële duel is op 4 november 1967 tegen Amsterdam.
- 1977-1984: Het tijdperk van Feenstra Flyers begint. Feenstra Verwarming verbindt haar naam aan de club en blijft tot en met 1984 hoofdsponsor.
- 1977: Voor de eerste keer in de historie van de club wordt Feenstra Flyers Nederlands kampioen en wint het ook de Nationale Beker.
- 1977-1983: De ploeg is ontzettend succesvol zowel nationaal als internationaal en wint zeven kampioenstitels op rij.
- 1983: Feenstra Flyers wint voor de zevende keer de Nederlandse Beker.
- 1996: Pelgrim Flyers pakt de Beker.
- 2002: Formido Flyers wint de Bekerfinale tegen Tilburg Trappers.
- 2016: UNIS Flyers wint de Beker van Nederland en bereikt de finale van de BeNe-League.
- 2017: UNIS Flyers is Ron Bertelingschaal winnaar.
- 2019: UNIS Flyers wint de dertiende Nederlandse IJshockeybeker.
- 2017: UNIS Flyers wint het tiende Landskampioenschap.
- 2018: UNIS Flyers wint het elfde Landskampioenschap.
tags: #ijshockey #heerenveen #geschiedenis