Waarom verzamelen mensen? Wat drijft hen om trappen, vliegenmeppers of stukjes touw te vergaren? Wanneer kan iemand zichzelf een echte verzamelaar noemen, en hoe bewaar je objecten op de beste manier? De tentoonstelling Finders Keepers in Het Nieuwe Instituut duikt in de fascinerende wereld van het verzamelen en presenteert een breed scala aan collecties, van waardevolle tot ogenschijnlijk waardeloze objecten, om de verhalen erachter te onthullen.
De tentoonstelling, samengesteld door Kirsten Algera en Ernst van der Hoeven, de redacteuren van het tijdschrift MacGuffin, wil in de eerste plaats het fenomeen verzamelen en de activiteit van de verzamelaar zelf zichtbaar maken, los van de individuele verzamelaar of de liefde voor de objecten. Finders Keepers hanteert een unieke interpretatie van design, waarbij design meer is dan alleen het ontwerpen van goede, 'functionele' objecten. De tentoonstelling is opgezet als een driedimensionale variant van het tijdschrift MacGuffin, met Sandra Kassenaar als grafisch ontwerper en Ira Koers en Roelof Mulder verantwoordelijk voor het ruimtelijke ontwerp.
VerzamelDingen voor kinderen
Naast de hoofd tentoonstelling is er ook een speciaal programma voor kinderen en jongeren (6+), genaamd VerzamelDingen. Hierin ontdekken ze de verhalen achter verzamelingen. In de tentoonstelling is een speciale verzamelplaats waar kinderen en hun ouders kennis maken met Viktor, Huub en Levi, die hun eigen verzamelverhalen delen. Via een speurtocht met interactieve opdrachten stellen ze vervolgens hun eigen minicollecties samen.
Diversiteit aan collecties
Finders Keepers toont privécollecties van een opmerkelijke omvang en specialisatie. Bezoekers kunnen zich verwonderen over meer dan 3.000 timmermanspotloden en 150 verschillende soorten handboeien. MacGuffin heeft wereldwijd collecties opgespoord van flessen, wieldoppen, bakstenen, kentekenplaten, touwen en spijkerbroeken. Bruiklenen komen uit landen als Japan, de Verenigde Staten, Zuid-Afrika en Engeland.
De Britse verzamelaar Charles Brooking is vertegenwoordigd met een klein deel van zijn immense collectie bouwkundige onderdelen. Speciaal voor Finders Keepers leent hij 30 complete trappen uit, die hij voornamelijk uit slooppanden heeft gered. Ook zijn er verzamelingen te zien van kunstenaars en ontwerpers, zoals de lepelverzameling van modeontwerper Jurgen Lehl en de collectie hoofddeksels van galerist en curator Seth Siegelaub.
Lees ook: Nieuwe KNVB Jeugd Indeling
Satellietpresentaties
In afzonderlijke satellietpresentaties wordt dieper ingegaan op specifieke typen verzamelingen, zoals de verweesde verzameling, de immateriële verzameling en een collectie die de hele wereld wil omspannen. Een voorbeeld hiervan is de collectie schrijfmachines van Willem Frederik Hermans, die dakloos dreigde te worden totdat Stichting Onterfd Goed een nieuw onderkomen vond in de boekhandel Limerick in Gent. Alan Lomax' wereldberoemde archief van 'field recordings' illustreert de betekenis van de immateriële collectie. Hij maakte duizenden opnamen en interviews op diverse plekken op aarde, waarmee hij de lokale volksmuziek (zoals de Amerikaanse blues) wist te conserveren en een nieuw bestaansrecht gaf.
De collectie van Het Nieuwe Instituut
Een van de satellietpresentaties is gewijd aan de collectie van Het Nieuwe Instituut zelf. Een beer, een bestekset, een pop-up Kuifje boek en een kettinkje met ringen liggen hier broederlijk bij elkaar op een tafeltje. Deze losse voorwerpen, die door bezoekers zijn meegenomen, vertellen elk een eigen verhaal en roepen herinneringen op aan kindertijd, pubertijd en het gezin van toen. Ze fungeren als ankers naar het verleden en verbinden ons met een tijd die niet meer is.
Verzamelingen uit het Rijksarchief
Het Rijksarchief voor Nederlandse Architectuur en Stedenbouw, dat deel uitmaakt van Het Nieuwe Instituut, is in feite een verzameling van verzamelingen. Finders Keepers toont enkele van deze collecties, die inzicht geven in de drijfveren van de ontwerpers en verzamelaars.
De (mini)maquettes van Gerrit Rietveld: Het Rijksarchief beheert ongeveer 75 maquettes van architect en meubelmaker Gerrit Rietveld (1888-1964). De verzameling bestaat uit modellen van woonhuizen, enkele luxe villa's en meubels. De kleine en gedetailleerde maquettes, gemaakt van restmateriaal zoals glas, karton, hout, luciferhoutjes, briefkaartkarton, enveloppen en bierviltjes, dienden als gebruiksvoorwerpen om het gesprek over het architectonisch ontwerp te stimuleren. Rietveld wilde de opdrachtgever niet confronteren met een voltooid ontwerp, maar met een ontwerp dat nog openstond voor aanpassingen en nieuwe inzichten.
De kist van Van 't Hoff: 'De kist van Van 't Hoff' bevat tien panelen met ontwerpen van architect Robert van 't Hoff (1887-1979), geselecteerd voor een presentatie van zijn werk in Edinburgh rond 1941. Van 't Hoff, één van de meest radicale architecten van de 20e eeuw, overhandigde deze selectie persoonlijk aan het Nederlands Documentatiecentrum voor de Bouwkunst, een voorloper van Het Nieuwe Instituut. De kist, door Van 't Hoff zelf ontworpen en gemaakt, vormt een eigen, gesloten wereld. Met de overdracht van dit streng geselecteerde werk aan een overheidsinstelling beoogde hij wellicht de regie te behouden over de perceptie van zijn werk, een poging die later vergeefs bleek.
Lees ook: Overzicht Reglement Nieuwe Brug Open
De Anker bouwstenen van Leendert van Roosendaal: In 1976 verzocht een verzamelaar van Anker-Bouwdozen de directeur van het Nederlands Documentatiecentrum voor de Bouwkunst om na te denken over het behoud van Anker-Bouwdozen verzamelingen in Nederland. De collectie van Leendert van Roosendaal (1912-1982) bestaat uit een kast met 160 schuifeenheden met Richter Ankerstenen en metaaldelen, in totaal 1226 stenen in verschillende kleuren. De Anker-Bouwdozen, van Duitse makelij, dateren uit het einde van de negentiende eeuw en werden ontwikkeld door Otto Lilienthal en zijn broer Gustav. Met behulp van nauwgezette instructietekeningen kunnen deels bestaande huizen, kerken, bruggen en paleizen worden nagebouwd. In tegenstelling tot bijvoorbeeld Lego of Meccano wordt hier gebouwd met echt steen.
De kaartenbakjes van Van Lohuizen: De stedenbouwkundige en planoloog Th. K. van Lohuizen (1890-1956) verzamelde sociaal-economische informatie en ontwikkelde een wetenschappelijke methodologie voor stedenbouwkundig onderzoek. In het zogenaamde nederzettingenonderzoek, dat rond 1950 van start ging, werd voor elke stad, dorp en gehucht in Nederland een fiche gemaakt met een detail uit de topografische kaart 1:25.000 en gegevens van diverse volkstellingen. Het project, hoewel ambitieus en zorgvuldig, moet worden gezien als een experiment met een open einde en zonder concreet resultaat.
De kroontjespennen van Jan Wils: Het archief van architect Jan Wils (1891-1972) bevat een doos met 867 kroontjespennen in verschillende diktes en van uiteenlopende merken. Deze verzameling illustreert het grote belang dat hij hechtte aan de tekening als uitdrukkingsmiddel. Wils was een begenadigd tekenaar die zowel met potlood, aquarel als Oost-Indische inkt uit de voeten kon.
Lees ook: Volleybal in Pekela: Volop '69
tags: #het #nieuwe #instituut #finders #keepers #tentoonstelling