Dit artikel is samengesteld ter gelegenheid van het 75-jarig jubileum van KV Blauw Wit, waarbij de heren Henk en Joop van Dam een reeks artikelen schreven over de rijke geschiedenis van de korfbalvereniging. Deze artikelen, samen met andere relevante informatie, vormen de basis voor dit overzicht.
De Vroege Jaren: Oprichting en Groei (1930-1940)
De korfbalvereniging Blauw-Wit zag het levenslicht op 9 juli 1930 in de garage van de familie Simons, gevestigd aan de Iepenlaan 4 te Heerenveen. De Iepenlaan was een jonge, opkomende buurt waar veel jonge gezinnen zich vestigden. Een groep jongeren, vergelijkbaar met de huidige Junioren, nam het initiatief om een korfbalclub op te richten. Dit was een gedurfde stap, aangezien Heerenveen al bekend stond als een sportstad met diverse sportverenigingen. Echter, een korfbalvereniging ontbrak nog, in tegenstelling tot nabijgelegen plaatsen zoals Nieuwebrug/Haskerdijken, De Knipe en Jubbega.
De interesse was overweldigend, waardoor er direct met twee twaalftallen kon worden gespeeld. De contributie werd vastgesteld op 10 cent per week. Hoewel het onzeker is of er direct competitiewedstrijden werden gespeeld, blijkt uit de notulen van de ledenvergadering van 18 februari 1931 dat er al werd gesproken over de samenstelling van het eerste twaalftal. Opmerkelijk is dat Annie de Groot niet in aanmerking kwam omdat het onduidelijk was of zij wel lid was, en Willem Piso werd uitgesloten vanwege onvoldoende aanwezigheid bij de oefentijden. De trainingen vonden plaats op zondagochtend van 10.00 uur tot 11.30 uur, en er werd nog een avond voor de zomerperiode bepaald.
De competitieplanning was in die tijd minder strak dan nu. De vereniging had zelf invloed op wanneer en in welke klasse men speelde. Ook het vervoer naar uitwedstrijden was al een punt van discussie, waarbij de inzet van een bus (kosten: 10 gulden!) werd overwogen. Ter vergelijking: Blauw-Wit mocht geen wedstrijden spelen op het sportpark, tenzij er 20 gulden per wedstrijd werd betaald. Tegenstanders in die tijd waren onder meer WK3, VZK, Kinea 2 en DIO 2. Vice-voorzitter Van der Zwaag concludeerde na het eerste levensjaar dat het moeilijk was om de club draaiende te houden, maar dat het spel aanzienlijk was verbeterd.
Al snel werd er een dansclubje opgericht, met bekende namen uit Heerenveen zoals Boltje, Hainje en Piso. Deze nevenactiviteiten, met name de jaarlijkse feestavond, namen een belangrijke plaats in binnen Blauw-Wit en leverden een belangrijke bijdrage aan de clubkas. Het sportieve element daarentegen vroeg de nodige aandacht. Er waren klachten over de leider (trainer) die onvoldoende optrad tegen spelers die een overtreding begingen, en dat de spelers de trainingsavonden niet serieus genoeg namen.
Lees ook: Overzicht Sylvester Toernooi Oosterwolde
In augustus 1932 trad voorzitter Piso af en bedankte tevens als lid. Meine Wagter volgde hem op. In dat jaar kwamen ook korfballers uit Amsterdam over. Blauw-Wit zorgde voor de inkwartiering van DTV, die hier seriewedstrijden kwamen spelen. Het bestuur vroeg de bond om Blauw-Wit het nieuwe seizoen in de 1e klasse te laten spelen. Het verzoek werd ingewilligd, maar het werd geen succes. Alle zes de wedstrijden werden verloren.
In 1934 verhuisde de vereniging naar een nieuw terrein bij badpaviljoen Dijksma (later Tropenfauna en nu de Koningshof). Eén van de tegenstanders was TOGO uit Jubbega. In datzelfde jaar trad het gehele bestuur af, met uitzondering van Greta Boltje. Arend Simons werd de nieuwe voorzitter. Het trainingsbezoek bleef een probleem, maar de feestavond was wederom een succes. De financiële huishouding van Blauw-Wit zag er dan niet goed uit, mede door de hoge werkloosheid.
De laatste notulen uit die periode dateren van 20 maart 1936. Daarna kent het notulenboek een aantal lege pagina’s, om pas weer kond te doen van een ledenvergadering op 18 februari 1941. Daarboven staat de aantekening: korfbalclub Blauw-Wit te Heerenveen/Oranjewoud, opgericht 18 juni 1940. Of de vereniging tussen 1936 en 1940 ter ziele is gegaan of in die jaren een slapend bestaan heeft gehad, wordt niet duidelijk. De oorlogsdreiging heeft wellicht een rol gespeeld.
De Oorlogsjaren: Een Slapend Bestaan en Heropleving (1940-1950)
Het is opmerkelijk dat de oorlogsjaren de gang van zaken binnen de vereniging nauwelijks lijken te hebben beïnvloed. Ledenvergadering 18-2-1941: door de bijzondere tijdsomstandigheden kan er geen openbare feestavond worden gehouden. Wel blijkt voortdurend dat de financiële mogelijkheden van zowel de vereniging als de leden zelf zeer beperkt zijn. In de ledenvergadering van 28 juli 1941 wordt besloten naar de series van WWMD te gaan. Maar hoe? Er volgt een flinke discussie. Per tram of per fiets? Het wordt de fiets omdat de tram toch te duur wordt bevonden. (Er reed destijds een tram van Heerenveen via Gorredijk, Lippenhuizen, Hemrik enz. naar Oosterwolde.)
In het jaarverslag over 1943 werd met trots het kampioenschap van de 2e klas FKB vermeld. Alle uitslagen van de competitie worden genoemd in het verslag. Daarbij kom je namen tegen van verenigingen die nu niet meer bestaan of ondertussen een andere naam hebben: Blauw Geel (nu Joure), Lyts Begin (Langezwaag, bestaat niet meer), EKC (Elsloo, nu ODIS). In 1943 werden door zowel het 1e als het 2e team prijzen gewonnen op de series van Advendo, maar helaas: er was een medailleschaarste, dus geen medailles. Zelfs in de oorlogsjaren zit de groei er aardig in wat betreft het aantal leden. Eind 1944 zijn er al 432 senior/juniorleden, 20 aspiranten en 21 donateurs. Ook sportief gaat het goed. We worden kampioen van de 1e klas FKB.
Lees ook: Korfbalstatistieken: Ruben Zwaan
Tijdens de jaarvergadering van 2 mei 1945 doet zich wat merkwaardigs voor. Bij de bestuursverkiezing protesteren de leden uit Oranjewoud, omdat het bestuur dan alleen uit leden uit Heerenveen zal bestaan. Dat vindt men niet juist, omdat de vereniging immers - zo wordt vermeld in het verslag - in Oranjewoud is opgericht. Dat is vreemd, aangezien in het jubileumboekje t.g.v. het 60-jarig bestaan wordt vermeld dat Blauw-Wit is opgericht in Heerenveen en wel bij de familie Simons aan de Iepenlaan.
In 1945 wordt op 20 oktober ten gevolge van de bevrijding een demonstratiewedstrijd gespeeld voor de Canadezen. De wedstrijd tegen Kinea werd opgeluisterd met doedelzakspelers en ’s-avonds een Canadese show in de Schouwburg. Zeer bijzonder: een basketbalwedstrijd tussen korfballers en Canadezen in de oude katholieke kerk!
De jaren 1946 t/m 1949 kenmerken zich door verontrustende berichten over het aantal leden. In 1948 zou dit aantal nog maar 21 zijn, waardoor het een probleem is om aan de competitie deel te nemen, zelfs met 1 team. In 1948 wordt zelfs in een buitengewone ledenvergadering gediscussieerd over het opheffen van Blauw-Wit. Uit een historisch overzicht opgesteld ten behoeve van het 25-jarig jubileum, blijkt dat Blauw-wit inderdaad van 1937 tot 1940 een slapend bestaan heeft geleden. Onder leiding van dhr. Overwijk krijgt men de benen evenwel weer onder het gat.
In 1946 werden 3 Blauwwitters gekozen in het vertegenwoordigende districts twaalftal. Op pinkstermaandag speelt dat team in Rottevalle tegen andere districtsteams, en dat werd uiteindelijk een zwarte dag voor het Friese korfbal. Op de terugweg kwam de vrachtauto waarin de spelers werden vervoerd, in botsing met een tram en 6 Friese korfballers lieten daarbij het leven. De Blauwwitters kwamen er zonder kleerscheuren af.
Bloei en Vernieuwing (1950-1960)
Op 26 mei 1951 wordt de "Blauwwitter" geboren, het clubblad van de vereniging. De oprichters zijn Tonnie en Tjibbe Scheper. Gelet op de behoeftige staat van de verenigingskas, wordt voorgesteld het abonnement buiten de contributie te houden: kosten 15 cent per maand. In het tweede exemplaar rept voorzitter Rein Hofstra van de Friese Korfbal Bond over het belang van een clubblad voor de sympathieke vereniging uit Oranjewoud.
Lees ook: Homoseksualiteit en korfbal
In juni 1951 gaat BW een weekend naar ZKC Zutphen. Vertrek zaterdags om 13.30 uur, aankomst om 16.30 uur! Dat jaar doet ook een aspirantenteam mee aan de competitie. In de Blauwwitter van November 1951 wordt een vermanend woord gericht aan de supporters: heb respect voor de scheidsrechter; spelers maken fouten ook een scheidsrechter en dat hoort er bij. Tevens wordt begonnen met een serie artikelen over de voor velen onbekende begrippen techniek en tactiek door ene heer Nijhuis. En ene Bart Swillens, die naar Canada is geëmigreerd, vertelt maandelijks over zijn ervaringen en belevenissen aldaar.
In 1952 wordt Tjibbe Scheper voorzitter. In maart 1952 wordt gediscussieerd over de noodzaak van vrijwillige degradatie in verband met de gewenste verjonging van de ploeg; het is zelfs een item voor de ledenvergadering. Een ander discussiepunt is, of BW wel moet blijven bestaan. Maar de verhuizing van Oranjewoud naar het ook nu nog bekende Rozenveldje levert reeds na 1 maand nieuwe leden op: 6 senioren en 11 aspiranten. De aspiranten spelen op Hemelvaartsdag een toernooi bij SIM in Nieuwebrug: er werd verrassend gewonnen maar desondanks was er nog wel een technische aanwijzing: speel nooit de bal onder de armen van je tegenstander door: dat is moeilijker plaatsen en de medespelers kunnen de bal moeilijker onder controle krijgen.
Tegenstanders van BW 1 zijn in die dagen o.a. Hercules (Oldeboorn) en UTY (Akmarijp), verenigingen die al lang ter ziele zijn. Bijzonder is ook het feit, dat BW samen met de motorclub Heerenveen een feestavond organiseert, die verzorgd wordt door Tetman de Vries in samenwerking met de Amalfi’s. De kaarten kosten fl. 0,75.
In 1953 speelt BW 1 zonder veel succes in de 1e klas FKB. Behalve dit team telt BW nog een 2e seniorenteam, een juniorenteam en 2 aspirantenteams. De heer Nijhuis woont inmiddels in Tilburg, maar hij blijft bijna maandelijks kopij aanleveren over techniek en tactiek. En ook Bart Swillens verhaalt maandelijks nog steeds vanuit Canada. Onder de bezielende leiding van voorzitter Tjibbe Scheper waait er een frisse wind door BW, hetgeen zich vertaalt in en groeiend aantal (jeugd)leden. Maar het is niet allemaal hosanna: op een zeker moment stelt de voorzitter een ultimatum: als de leden niet een aantal zaken willen oppakken zoals het uitleggen en opruimen van het veld, stapt het bestuur op.
In mei 1954 verhaalt de onder wat oudere Blauwwitters bekende Gerrit Scheenstra in de Blauwwitter over wat hem opvalt over de wijze van spelen, zowel technisch als tactisch, zowel in de aanval, als in het middenvak en in de verdediging. Er doen slechts 2 teams mee aan de competitie. Wel wordt het clubkostuum voor het 1e twaalftal verplicht gesteld.
In januari 1955 kan BW een clublokaal huren aan de Vermaningstraat. Wimmy Scheper wint de ontwerpwedstrijd gewonnen over het nieuwe BW-embleem: de contouren van een bal met op een van de toen nog langwerpige stroken leer de tekst kv Blauw-Wit. De naam van weer een Scheper duikt op in de Blauwwitter: de huidige erevoorzitter Jochem Scheper en wel als speler, aanvoerder en verslaggever.
In juni 1955 wordt een weekend lang het 25-jarig jubileum gevierd: op zaterdag is er een schoolkorfbaltoernooi, wordt de vereniging ZKC uit Zuthpen, waarmee al jaren een band bestaat, ontvangen en is er ’s-avonds een feestavond. Op de zondag wordt een toernooi gespeeld met als deelemers ZKC 1 en 2, WK1, het Fries twaalftal en BW 1. Andere nu nog bekende namen die dan opduiken zijn Herman vd Baan, Feiko Jansma en Maaike (vDam) de Haan.
In november van dat jaar is er in Staniastate in Oenkerk een bijeenkomst van het FKB over de promotie van de korfbalsport. Een agendapunt daar is het organiseren van schoolkorfbal: Aangezien BW daar tijdens haar jubileum ervaring mee had opgedaan, werd afgesproken dat jaarlijks een schoolkorfbaltoernooi zou worden georganiseerd in de gemeente Heerenveen: het ene jaar door WK en Udiros, het andere jaar BW en Kinea. Dat toernooi bestaat nog steeds, alleen ligt de organisatie beurtelings bij BW en WK.
In 1956 schrijft Nijhuis vanuit Tilburg nog steeds in de Blauwwitter over allerlei korfbalzaken, techniek en tactiek, verschil in speelwijze en mentaliteit tussen Friezen en Zuid-Nederland. Om aan nieuwe ballen te komen moeten de Blauwwitters chocolade gaan eten: de toen beroemde Kwatta-repen waren voorzien van afbeeldingen van soldaatjes en voor 2000 Kwatta-soldaatjes kreeg je een nieuwe bal. Gesproken werd toen ook over de verplichte medische sportkeuring; om te mogen sporten moest je medisch gekeurd worden. Dat werd vanuit de gemeente georganiseerd en jaarlijks herhaald. Deze verplichte sportkeuring bleef bestaan tot naar ik meen begin jaren ’80.
In mei 1958 wordt BW belast met de organisatie van de interland.
Korwi Winschoten
Winschoten, een roos in de regio, was immers jarenlang nog een witte vlek op de korfbalkaart geweest. Met de oprichting werd weer een witte vlek op de korfbalkaart opgevuld. In het in 1984 uitgebrachte jubileumboek75 jaar korfbal in Drenthe en Goningen lees je dat omliggende plaatsen als Blijham, Wedde, Nieuwe Pekela, Meeden, Nieuweschans aan het begin van deze eeuw al korfbalclubs kenden. Winschoten vreemd genoeg echter niet. In 1984 waren deze clubs al langweer verdwenen. In 1984 had Korwi op haar hoogtepunt 148 leden en speelde afdeling 3e klasse. In 2003 had Korwi nog ruim vijftig leden, maar is na 1984 wel drie keer gepromoveerd. De onstuimige groei van Korwi bracht in haar beginjaren de nodige problemen met zich mee. De locatie op het ijsbaanterrein werd al vrij snel verruild voor het oude hockey veld (1979). Op de oude hockey velden bleef Korwi niet lang. Op 12 december 1981 opende toenmalig wethouder H. Stuut de Korwiaan door na zeven pogingen de bal door de korf te gooien. Pas in september 1985 kreeg Korwi eigen velden bij haar kantine. Voorzitter was in die jaren Alje Boelens.
tags: #Dio #Oosterwolde #korfbal #carrière