Handbal: Spelregels, Uitleg Blauwe Kaart en Meer

Handbal is een dynamische en energieke sport die steeds populairder wordt in Nederland. Het is een teamsport die draait om snelheid, behendigheid en tactiek. Deze sport, die oorspronkelijk uit Duitsland komt, vereist dat spelers zich houden aan een set van spelregels om een eerlijk en competitief spel te garanderen. In dit artikel zullen we dieper ingaan op de handbalregels, inclusief een uitleg van de blauwe kaart, en andere aspecten van het spel.

Geschiedenis van Handbal

De geschiedenis van handbal begint in Duitsland. Max Heiser gaf in 1917 voor het eerst handbal spelregels. Het was bedoeld als een spel voor dames, maar later sloten de mannen zich er ook bij aan. Deze Duitse speelwijze vormt de basis voor de internationale handbalsport. Het is een combinatie van basketbal-, korfbal- en voetbalregels.

Basisprincipes van Handbal

Handbal is een sport tussen twee teams die elk 7 spelers hebben. Het doel is om meer ballen in het doel van de tegenstander te scoren dan het andere team. Een handbalteam bestaat uit maximaal 14 spelers en 4 begeleiders. Tijdens het spel staan er 6 spelers en 1 keeper op het speelveld. Alle spelers dragen dezelfde kleur kleding, behalve de keeper. Het is niet toegestaan dat twee teams dezelfde kleur dragen tijdens een wedstrijd.

De Keeper

De keeper mag de bal met elk deel van zijn lichaam aanraken binnen zijn doelgebied. Hij mag het doelgebied verlaten zonder bal en als veldspeler meespelen, waarbij de normale regels voor hem gelden. De keeper kan ook als zevende veldspeler worden ingezet, zonder dat hij per se een apart hesje hoeft te dragen.

Het Begin van het Spel

Het spel begint met een toss door de scheidsrechter, gevolgd door een inworp in het midden van het veld. Beide teams moeten op 3 meter afstand van de middenlijn staan. Wanneer de scheidsrechter de bal heeft gegooid, proberen de teams de bal met handen, armen, dijen, hoofd of romp in hun richting te werpen.

Lees ook: Nieuwe basketbalhal: Impuls voor Leiden en ZZ Leiden

Spelregels: Stappen, Dribbelen en Vasthouden

Spelers mogen maximaal drie stappen zetten met de bal in hun handen. Daarna moet de bal worden doorgespeeld of gestuiterd op het veld. Het tellen van de passen begint wanneer je de bal vangt en op de grond staat. Als je daarna een voet vooruit zet, is dat de eerste pas. Als je de bal in de lucht vangt en daarna op twee voeten landt, dan heb je volgens de regels nog geen pas gemaakt. Spelers mogen de bal niet met hun voeten aanraken en mogen niet binnen het doelvlak van de tegenpartij staan.

Wanneer je de bal vangt, mag je daarna onbeperkt tippen. Als je de bal vast hebt, mag je de bal 3 seconden vasthouden.

Rolstoelhandbal

Bij rolstoelhandbal gelden specifieke regels. Je mag 3x pushen binnen 3 seconden, en dan binnen 3 seconden vervolgen met dribbelen. Dribbelen mag tot schouderhoogte. Als je de bal vastpakt, moet je binnen 3 seconden overspelen of op doel gooien. Na het laatste wielcontact start de 3-secondenregel. Teams spelen 6:6, waarvan 1 keeper. Je mag de bal niet met je rolstoel verdedigen en je mag nooit inrijden op een ander. Het Nationaal rolstoelteam speelt officieel 4 tegen 4 sinds 2025.

Spelregels: Inworp, Uitworp en Strafworp

Soms moet je wachten op het fluitsignaal van de scheidsrechter voordat je een inworp mag nemen, bijvoorbeeld als het aanvallende team een vrije worp krijgt. De vrije worp moet altijd op de juiste plaats worden genomen.

De keeper moet de uitworp altijd vanuit zijn doelgebied nemen en kan dit doen zonder dat de scheidsrechter heeft aangefloten.

Lees ook: Kwaliteit en conformiteit bij blauwe waterpolocaps.

De speler die de strafworp neemt, staat achter de strafworplijn, waarbij alle spelers van de tegenstander op 3 meter afstand moeten staan.

Passief Spel

Je mag de bal niet in het team houden zonder dat er sprake is van een duidelijke poging om aan te vallen of een doelpunt te maken. Passief spel kan de hele wedstrijd voorkomen. Als de scheidsrechter vindt dat er sprake is van passief spel, geeft hij een waarschuwingsteken, wat betekent dat het aanvallende team actie moet ondernemen.

Fouten en Onsportief Gedrag

Overtredingen met gering lichaamscontact kunnen ernstige gevolgen hebben en tot blessures leiden, vooral als een speler in een sprong of in de loop is. Dit geldt ook als een keeper uit zijn doelgebied komt om een bal te onderscheppen. De verantwoordelijkheid voor een botsing ligt bij de keeper.

Als een speler op een onsportieve manier wordt gehinderd om de bal te werpen door vastgrijpen, omklemmen, stoten of vasthouden, wordt dit beschouwd als een fout en bestraft met een vrije worp.

De Wedstrijd

Een handbalwedstrijd duurt 2 x 30 minuten. Bij de jeugd worden soms kortere speeltijden gehanteerd. Wanneer een wedstrijd een winnaar moet opleveren en de stand na 60 minuten gelijk is, volgen er twee verlengingen van 5 minuten. Als er dan nog geen winnaar is, wordt de winnaar bepaald door 7-meterworpen.

Lees ook: De complete handbalgids

De Blauwe Kaart: Meer Duidelijkheid bij Diskwalificatie

De scheidsrechters hebben naast de gele en rode kaart nu ook een blauwe kaart tot hun beschikking. De blauwe kaart zorgt voor meer duidelijkheid bij de diskwalificatie van een speler. Na een rode kaart kan de scheidsrechter een blauwe kaart tonen, wat betekent dat er een schriftelijk rapport volgt. Dit rapport kan leiden tot verdere disciplinaire maatregelen.

Overige Spelregels en Situaties

  • Beginworp: Bij het begin van de 1e helft en de 2e helft begint het team dat een doelpunt tegen krijgt weer met een beginworp. De spelers van het team dat de beginworp mag nemen, moeten op eigen helft blijven tot de scheidsrechter aanfluit. De beginworp moet in het midden van de middenlijn worden genomen met één voet op de middenlijn. Het is toegestaan de beginworp 1,50 meter links en 1,50 meter rechts van het midden te nemen.
  • Blessurebehandeling: Een geblesseerde speler moet het speelveld verlaten als hij op het veld behandeld is door iemand uit de medische staf en moet worden vervangen door een andere speler. De speler mag het veld pas weer in als zijn team drie aanvallen gespeeld heeft, tenzij de overtreding die de blessure veroorzaakte wordt bestraft.
  • Tijdspel: Nadat de scheidsrechters tijdspel hebben aangegeven, heeft de aanvallende ploeg nog maximaal zes passes tot zijn beschikking. Een vrije worp onderbreekt dit aantal niet.
  • Penalty: De penalty-regel geldt niet voor iedere overtreding in de laatste dertig seconden. Het normale onderbreken van een aanval blijft gewoon een vrije worp.
  • Gelijkspel: Soms eindigt een wedstrijd gelijk, bijvoorbeeld bij een kampioenswedstrijd of finalewedstrijd. In dat geval nemen de teams om en om 5 strafworpen, en daarna eventueel om en om strafworpen tot er een winnaar is.

Het Speelveld

Het handbalveld meet 40 x 20 meter en is begrensd en doorsneden door verschillende lijnen:

  • Zijlijnen en achterlijnen: Omsluiten het veld.
  • Middenlijn: Loopt door het midden van het speelveld.
  • Doelgebied: Een ononderbroken halve cirkel met een straal van 6 meter, die alleen door de doelverdediger mag worden betreden.
  • Vrijeworplijn: Een gestippelde lijn op 9 meter voor het doel.
  • 7-meterlijn: Ligt tussen de doelcirkel en de vrijeworplijn.
  • Wissellijn: Aan een van de zijlijnen, 4,5 meter naar rechts en links vanaf de middenlijn.

De Handbal

De handbal is gemaakt van kunststof of leer. De diameter van de bal varieert afhankelijk van het geslacht en de leeftijd van de teams. Een handbal voor herenteams is ongeveer 10 cm kleiner dan een voetbal, maar weegt hetzelfde. Hierdoor kunnen handballers de bal beter grijpen en harder gooien. Vaak wordt de bal behandeld met hars om de grip te verbeteren.

Waar Wordt Handbal Gespeeld?

Handbal is voornamelijk een zaalsport, wat betekent dat de beschikbaarheid van sporthallen een belangrijke factor is voor de populariteit van de sport in een bepaald gebied.

tags: #blauwe #kaart #handbal #uitleg