Carlien Dirkse van den Heuvel nieuwe aanvoerder Oranje Dames

Recentelijk heeft Marloes Keetels de aanvoerdersband van het Nederlands hockeyteam, de Oranje Dames, overgedragen aan Carlien Dirkse van den Heuvel. Deze verschuiving markeert een belangrijk moment in de aanloop naar grote internationale toernooien.

Reden achter de wissel

Keetels gaf aan dat het aanvoerderschap voor haar te vroeg kwam. Ze gaf aan dat ze nog moet groeien als speelster. Deze beslissing werd genomen in aanloop naar het WK en de Olympische Spelen van Tokio. Keetels zelf zei hierover: ‘Ik heb er goed over nagedacht en dit is nu het beste, in aanloop naar het WK en de Olympische Spelen van Tokio.’ Ze ervoer de taak als mooi, maar was blij met haar keuze om de band over te dragen. Ze voelde dat ze niet de beste versie van zichzelf kon laten zien als ze was doorgegaan als aanvoerder.

Of Keetels in de toekomst nog ambities heeft om aanvoerder te worden, weet ze nog niet. ‘Dat durf ik nog niet te zeggen,’ aldus Keetels.

Dirkse van den Heuvel neemt het over

Carlien Dirkse van den Heuvel, voorheen vice-aanvoerder, neemt de rol van Keetels over. Dirkse van den Heuvel zal nu de rol van Keetels overnemen. ‘Het is wel mooi dat dat gewoon kan binnen het team. Doordat we al een leiderschapsgroep hebben verandert er niet heel veel. Ik behoud mijn rol als brug tussen de jonge en de oudere speelsters. Carlien is er nu voor het uitdragen van het bandje.’

De rol van de aanvoerder binnen een hockeyteam

Ieder team bij hockey heeft een aanvoerder. De aanvoerder kan worden gezien als de leider van het team in het veld. De aanvoerder zorgt ervoor dat zijn team en de teambegeleiders zich netjes gedragen. Ook let hij op dat zijn team goed wisselt. Als de aanvoerder uit het veld gaat of het veld moet verlaten, neemt een andere speler de rol van aanvoerder over. De aanvoerder is te herkennen aan een teken, bijvoorbeeld een band om zijn bovenarm. De aanvoerders komen voorafgaand aan de wedstrijd bij de scheidsrechters bij elkaar voor de ‘toss’ (de toss maakt uit wie de eerste afslag neemt).

Lees ook: Korfbal aanvoerder: Een complete gids

De captain is ook het aanspreekpunt voor de scheidsrechter richting een bepaald team en deze zorgt er vaak ook voor dat zijn team zich netjes gedraagt. Ook praat de aanvoerder voor de wedstrijd even met de scheidsrechters en de aanvoerder van het andere team over de toss. De toss bepaalt welk team er mag uitnemen en welk team welk goal verdedigt in de eerste en tweede helft. De aanvoerder ziet er ook op toe dat zijn team netjes wisselt: dit betekent dat er op het juiste moment wordt gewisseld (er zijn bepaalde momenten dat er niet gewisseld mag worden) en dat de nieuwe speler pas het veld betreedt als degene met wie hij wisselt buiten de lijnen is.

Alternatieve visies op leiderschap

Binnen teamsporten is traditioneel vaak één aanvoerder aangewezen. Echter, er zijn ook alternatieve visies op leiderschap binnen een team. Oud-hockeybondscoach Marc Lammers heeft bijvoorbeeld positieve ervaringen met het geven van verschillende leiderschapsrollen aan verschillende teamleden. Hij stelt: “Je ziet vaak dat aanvoerders minder gaan presteren, omdat ze het zo druk hebben om de anderen te helpen. Plus alle plichtplegingen langs het veld."

Katrien Fransen van de KU Leuven doet al een aantal jaren onderzoek naar de relatie tussen leiderschap binnen sportteams en teamprestaties. Het onderzoek (onder bijna 4500 teamsporters en coaches) laat zien dat teams vaak beter presteren wanneer leiderschapsrollen verdeeld zijn over meerdere teamleden, dan wanneer een aanvoerder of leider alle taken op zich neemt. Hierbij is van belang dat deze aanvoerders door hun teamgenoten ook echt als leiders worden gezien. Dat zijn dan vaak de natuurlijke leiders. Teams presteren vooral beter wanneer de verschillende rollen over meerdere natuurlijke leiders zijn verdeeld, dan wanneer er één aanvoerder op basis van verdienste is aangewezen door de coach.

Voor een team betekent dit dat het verstandig kan zijn om de verschillende rollen toe te wijzen aan verschillende spelers in je team. Het team moet deze spelers geschikt vinden voor de rol, dus je doet er goed aan je team in deze keuze betrekken. Dit doe je bijvoorbeeld door ze allemaal te vragen wie ze het meest geschikt vinden om de rol van taakleider, motivationeel leider, sociaal leider en extern leider op zich te nemen. De volgende stap is dat je deze spelers de keuze geeft: willen jullie deze rol op je nemen? Zien ze dit zitten, dan help je ze door expliciet te maken wat je van ze verwacht. Wat doet een motivationeel leider bijvoorbeeld, en op welke momenten? Ten slotte is het belangrijk dat je ze helpt groeien in hun rol en het zo goed mogelijk uitvoeren van hun taak.

De basis van hockey: spelregels en uitrusting

Hockey is al jaren een enorm populaire sport in Nederland. Net als voetbal is hockey een spel waarbij twee teams van elk elf spelers tegen elkaar spelen. In Nederland is de KNHB (Koninklijke Nederlandse Hockey Bond) verantwoordelijk voor het opstellen van de spelregels van hockey. De KNHB volgt hierin over het algemeen de internationale regels van de International Hockey Federation (FIH). Eigenlijk zijn de hockeyregels in Nederland dus hetzelfde als in alle andere landen waar hockey wordt gespeeld, met enkele uitzonderingen.

Lees ook: Taken van een voetbalteamleider

Team samenstelling

Een volwassen hockeyteam bestaat uit 11 spelers: een keeper en tien veldspelers. In tegenstelling tot voetbal, mag er bij hockey onbeperkt gewisseld worden. Tijdens de wedstrijd dient een hockeyteam te bestaan uit minimaal 8 en maximaal 11 spelers in het veld. In totaal mag een team uit maximaal 16 spelers bestaan (met dus maximaal 5 wisselspelers).

Het veld

Het veld is 91,40 meter lang en 55 meter breed. Ieder speelhelft heeft een 23-meterlijn en de cirkel rond beide doelgebieden heeft een straal van 14,63 meter. De doelen hebben een breedte van 3,66 meter en zijn 2,14 meter hoog. Het veld wordt in tweeën verdeeld door een middenlijn. Aan beide uiteinden van het veld liggen de achterlijnen, met precies in het midden een doel (3,66 meter breed). Voor elk doel is een halfronde cirkel getrokken.

De stick en de bal

Alle spelers hebben een stick, waarmee alleen met de platte kant wordt gespeeld. De bal mag niet met de voet of met andere delen van het lichaam worden gespeeld.

Het doel van het spel

Je wint een wedstrijd door meer doelpunten te maken dan je tegenstanders. Een goal is pas geldig als de aanvallende partij de bal binnen de cirkel heeft geraakt. Het belangrijkste voor een geldig doelpunt is dat de bal binnen de cirkel is aangeraakt door een aanvaller voordat deze over de doellijn gaat. Als een verdediger de bal in zijn eigen doel schiet zonder dat de bal in de cirkel is aangeraakt door een aanvaller, is het geen doelpunt maar een corner (of een strafcorner als deze opzettelijk over de achterlijn wordt gewerkt).

Speelduur en scheidsrechters

Een reguliere hockeywedstrijd bestaat uit 70 minuten, verdeeld over vier kwarten van 17,5 minuten. Op het hoogste niveau (Hoofdklasse en internationale toernooien) duurt een wedstrijd vier keer vijftien minuten. Op dat topniveau wordt de tijd stopgezet als het spel stilligt. Na het eerste en het derde kwart is er een pauze van 2 minuten. In de rust, na het tweede kwart, volgt een pauze van 5 minuten. Er is geen blessuretijd.

Lees ook: Juniorenraad: wat houdt het in?

Een wedstrijd wordt gefloten door 2 scheidsrechters, allebei aan 1 kant van het veld. De scheidsrechters grijpen in als ze een overtreding zien, houden de score bij, en zorgen ervoor dat de tijd wordt bijgehouden en dat de kwarten en wedstrijd op het juiste moment worden afgefloten. Ook zijn de scheidsrechters verantwoordelijk voor het officieel doorgeven van de uitslag van de wedstrijd aan de KNHB. Tijdens wedstrijden van het Nederlands elftal en bij sommige wedstrijden van de Hoofdklasse is er een videoscheidsrechter (VAR). Deze doet alleen mee als er een vraag wordt gesteld. Beide teams mogen een zogenaamde video-referral aanvragen voor alle situaties in het 23-metergebied die leiden tot een strafcorner, strafbal of een doelpunt. Krijgt het team gelijk? Dan mag het team later nog een video-referral aanvragen.

Spelregels in detail

Alle spelers hebben een eigen stick. Alleen met de platte kant daarvan mogen ze de bal spelen. Bij hockey mag je onbeperkt doorwisselen tijdens de wedstrijd. De speler die in het veld komt, mag pas het veld inlopen als de andere speler uit het veld is. De regel is dan wel dat de speler waarmee je wisselt eerst helemaal uit het veld moet zijn voordat jij erin mag. Ook tijdens een strafcorner mag er niet gewisseld worden, behalve als de keeper geblesseerd is geraakt. Elke speler mag de bal omhoog spelen met een push of scoop, zolang het geen gevaarlijk spel is of leidt tot gevaarlijk spel. Speel je de bal omhoog in de richting van een tegenstander binnen 5 meter? Dan geldt dat als gevaarlijk. Je mag de bal in het veld niet opzettelijk omhoog slaan met een flats of slag. De scheidsrechter beoordeelt of dit het geval is. Een flats is technisch gezien een slag, daarom mag een hoge flats alleen op doel gespeeld worden.

Shoot en afhouden zijn veelvoorkomende overtredingen. Bij shoot komt de bal tegen de voet, been of ander lichaamsdeel van een speler. Je mag de bal niet afschermen met je lichaam of met je stick. Voorkomt een overtreding een doelpunt? De scheidsrechter kan er ook voor kiezen om door te laten spelen, als dit voordeel oplevert.

Een strafcorner is een straf voor het verdedigende team en een grote kans om te scoren voor de aanvallende ploeg. Het aanvallende team speelt de bal van het strafcornerstreepje op de achterlijn. Eerst moet de bal buiten de cirkel worden gebracht. Daarna mogen ze scoren. Het eerste schot, wanneer geslagen of geflatst, mag niet hoger dan de plank in het doel eindigen. Een strafbal lijkt op een penalty in een voetbalwedstrijd. Vanaf de stip mag de nemer 1 keer op doel pushen.

Tijdens hockeywedstrijden kan de scheidsrechter overtredingen bestraffen met een strafkaart. Een speler die een groene kaart krijgt, moet 2 speelminuten afkoelen buiten het veld. Het team van deze speler speelt die 2 minuten met een speler minder verder. Bij een gele kaart moet een speler het veld ook verlaten. Bij iets zwaardere overtredingen moet de speler het veld voor 5 minuten verlaten en bij zwaardere overtredingen voor 10 minuten. Een rode kaart is voor een speler die een ernstige overtreding maakt. Shoot-outs zijn 1-op-1 duels tussen een speler en een keeper. Ze worden alleen genomen als er na een gelijkspel een winnaar moet worden bepaald. Vanaf de 23-meterlijn rent de aanvaller richting het doel. Deze probeert binnen 8 seconden te scoren.

De uitrusting van een hockeyer

Een keeper bij hockey verschilt misschien wel het meest met keepers bij andere sporten. De taak van een keeper bij hockey is wel hetzelfde: zorgen dat er niet gescoord wordt door de tegenpartij. De hockeybal is erg hard en kan enorm snel op het doel af komen. Keepers bij hockey dragen daarom beschermend materiaal, wat ook wel het keeperspak wordt genoemd. Het keeperspak zorgt ervoor dat de doelverdedigers beschermd worden tegen de harde hockeyballen. Het pak bestaat uit een aantal onderdelen:

De keepershelm dekt het gehele hoofd af, dit is dus anders dan bij een masker. Dit zorgt ervoor dat het hoofd van de keeper is beschermd van ballen van alle kanten. Keepers dragen soms ook nog een nekbeschermer om ook de hals te beschermen tegen ballen die net onder de helm kunnen komen. De beenbeschermers van de keeper bedekken de onderbenen (schenen) en de knieën van de keeper.

Om hockey te spelen heb je een aantal essentiële spullen nodig:

  • Hockeystick: Een goede hockeystick heeft de lengte van je voet tot aan je navel. Verschillende spelers hebben verschillende voorkeuren bij de dikte, kromming, krul, materiaal en het gewicht van een stick.
  • Bitje: Het bitje, of de mondbescherming, is sinds 2015 verplicht gesteld door de KNHB. Het bitje zorgt voor bescherming van het gebit en de kaken wanneer een eventuele bal of stick hier tegenaan komt.
  • Hockeyschoenen: Hockeyschoenen zijn nodig voor grip op het kunstgrasveld. Onder hockeyschoenen zitten korte nopjes die ervoor zorgen dat je niet makkelijk wegglijdt en makkelijk kan draaien op het veld.
  • Handschoen: Bij hockey wordt ook vaak een handschoentje of worden zelfs twee handschoenen gedragen. Deze worden gebruikt om de pijn van eventuele hockeyballen of -sticks die tegen de hand aan komen op te vangen.
  • Scheenbeschermers: Scheenbeschermers mag je nooit vergeten, deze zijn namelijk verplicht bij zowel hockeywedstrijden als -trainingen! Scheenbeschermers worden onder de kousen gedragen en zorgen voor bescherming aan de voorkant van de scheenbenen.
  • Tenues: De officiële kleding van hockeyclubs of nationale teams worden ook wel de tenues of wedstrijdkleding genoemd. Deze bestaan altijd uit kousen, een broekje of rokje en een shirt.

Jeugdhockey

De jeugd speelt al haar wedstrijden op de zaterdag terwijl senioren en jong-senioren spelen op de zondag. Alle wedstrijden vanaf de D-jeugd, of O12 jeugd, duren dus 70 minuten. Deze hebben vier kwarten van 17,5 minuten. In de jeugd onder de D-tjes of O12 teams worden er wedstrijdjes gespeeld met minder spelers die ook korter duren. Zo spelen de O10 teams (ook wel E8 teams) twee keer dertig minuten op een half veld. De O9 teams (ook wel E6 teams) spelen twee helften van 25 minuten. De O8 (ook wel F teams) spelen wedstrijdjes van twee keer vijftien minuten. Bij de jongste jeugd is het niet toegestaan om de stick boven de schouder te hebben om een bal aan te nemen.

Sportiviteit en gedrag

Als hockeyer ben je natuurlijk altijd verplicht om je te gedragen op het veld. De KNHB hecht namelijk erg grote waarde aan sportiviteit op het veld. Je mag namelijk op het veld geen voorwerpen gooien of spelers uitschelden.

tags: #taken #aanvoerder #hockey #team